Read Geheime oorlogen Online

Authors: Gordon Thomas

Tags: #Non-Fictie, #Wierook22

Geheime oorlogen (10 page)

BOOK: Geheime oorlogen
5.72Mb size Format: txt, pdf, ePub
ads

Op een zonnige lenteochtend in april 2007 verscheen directeur-generaal van
MI
5 Eliza Manningham-Buller stipt om half acht op het werk. Haar punctualiteit was alom bekend. Ze was nooit te laat voor een vergadering en liet die nimmer uitlopen. De wijzers van haar polshorloge, een geschenk van haar vader, een voormalig voorzitter van het Hogerhuis, dirigeerden haar afspraken met vaste hand.

In de Tweede Wereldoorlog was haar moeder, Mary, aangesteld om berichten van geheime agenten in nazi-Duitsland te onderscheppen en aan
MI
5 over te brengen. Pas nadat Eliza bij de Britse binnenlandse veiligheidsdienst in dienst was gekomen, ontdekte ze wat haar moeder voor de dienst had betekend. ‘Het hele spionagegedoe was een ietwat ranzig gebeuren,’ citeerde ze haar vader na haar afscheid, later die maand. Een tweede onthulling was dat ze toegaf binnen haar gezin bekend te staan als een hardrockfan die haar Rolling Stones- en White Stripes-opnames koesterde. Met haar conservatieve kledingstijl, voorzichtige woordkeuze en haar bij tijd en wijle bulderende lach, leek ze in niets op de vrouw die neuriënd en dansend op deze hardrockklanken een zondagsontbijtje voor de kleinkinderen klaarmaakte.

Haar collega’s wisten slechts weinig over haar leven buiten het werk, behalve dan dat ze getrouwd was met David, een Ierse katholiek, voormalig docent moraaltheologie en bovendien vader van vijf kinderen, die daarna een succesvol timmerman was geworden. Toen ze op haar drieënveertigste met hem trouwde, was ze zelf kinderloos. Ze hadden een boerderij in de Cotswolds en na de zondaglunch wijdde ze zich aan kruiswoord- en sudokupuzzels.

Met haar 58 jaar was Manningham-Buller een lange, energieke vrouw met een staalgrijs bloempotkapsel, indringende ogen en een krachtige stem die opklonk vanachter haar favoriete Laura Ashley-
sjaaltjes waarmee ze haar formele kledij opfleurde. Een van haar critici binnen de dienst vertelde de schrijver: ‘Als iemand haar ergert, kan ze hooghartig op hem of haar neerkijken, om daarna weg te benen als een galjoen dat met volle zeilen het ruime sop kiest.’ Anderen herinnerden haar warme belangstelling als ze informeerde naar een ziek kind of wederhelft, of een restaurant aanbeval voor een verjaardagsfeest. Oleg Gordjevski, voormalig
KGB
-onderdirecteur op de Russische ambassade, die met haar hulp was overgelopen, herinnerde zich haar als ‘slim, scherp en kleurrijk’.

Daarnaast bezat ze nog altijd iets van de schooljuffrouw die ze ooit was geweest: haar talent om een probleem tot zijn essentie terug te brengen en met glasheldere stem de oplossing te presenteren. ‘Volhardend’ en ‘ongeduldig’ waren de meest gebruikte woorden om haar te omschrijven, en ze kon met feilloze accuratesse een salvo van feiten afvuren. Op deze ochtend in april telde
MI
5 2848 stafleden, een aantal dat in de weken na 11 september gestaag was gestegen. Een kwart van het personeel was nu jonger dan dertig, zes procent was afkomstig uit etnische minderheden en er werden 52 verschillende talen gesproken. Haar antiterreureenheid was op dat moment bezig met het onderzoek naar 34 plannen voor terroristische aanslagen binnen het Verenigd Koninkrijk, waarvan een derde zijn oorsprong in Pakistan, Jemen en Soedan leek te hebben.
MI
5 kon wereldwijd rekenen op 117 inlichtingendiensten om dergelijke plannen te ontmaskeren.

Haar salaris bedroeg 175.000 pond per jaar. Ze had een zo goed als directe lijn met de premier en haar politieke baas, de minister van Binnenlandse Zaken. Geen andere vrouw binnen de geheime inlichtingenwereld bezat de macht om haar gigantische budget te kunnen reserveren voor wat ze op dat moment als een bedreiging voor het land beschouwde.

En toch zou Eliza Manningham-Buller twee weken later, op 20 april, niet langer de functie van directeur-generaal van de binnenlandse veiligheidsdienst bekleden. Niet langer zou ze de verantwoordelijkheid dragen voor het offensief tegen de almaar toenemende dreiging van het islamitisch terrorisme – nog veel gevaarlijker dan wat ze zich 33 jaar eerder, aan het begin van haar loopbaan, had kunnen indenken toen de
IRA
de grootste dreiging vormde.

Met de aanslag van 11 september was het terrorisme in al zijn vormen volwassen geworden. Groot-Brittannië was een zeer belangrijk doelwit en toevluchtsoord voor al haar aanhangers. Islamitische fundamentalisten
konden binnen de landsgrenzen hun extreme opvattingen preken en publiceren.

Jonathan Evans, Manningham-Bullers directe ondergeschikte die haar kort daarna zou opvolgen, had met behulp van cijfers van Binnenlandse Zaken geschat dat in 2006 zo’n vierhonderdduizend in Engeland geboren moslims van en naar Pakistan hadden gereisd, en dat een groeiend aantal helemaal naar de Noordwestelijke Grensprovincie was afgereisd en de grens met Afghanistan was overgestoken. De antiterreurafdeling
G
-Branch had aan Evans bericht dat het er alle schijn van had, dat ten minste tien procent van hen ‘enige banden met Al-Qaida’ onderhield ‘ofwel als sympathisant, ofwel als “slapende” agent op Britse bodem’. De harde waarheid, zo stond voor Manningham-Buller vast, was dat ‘steeds meer passieve aanhangers via radicalisering of indoctrinatie door vrienden of families en middels georganiseerde trainingen in het buitenland of door beelden op tv en via chatrooms en websites opschuiven naar actief terrorisme’.

Ze wist goed om te gaan met de druk van de verantwoordelijkheid voor de veiligheid van zestig miljoen burgers, een druk die werd veroorzaakt door de kritische geluiden vanuit het parlement en de media aangaande mislukte operaties, gelekte rapporten over een competentiestrijd met het Counter Terrorism Command van Scotland Yard en de venijnige kritiek van voormalige
MI
5-agenten. Dame Stella Rimington, de eerste vrouwelijke directeur-generaal bij
MI
5 (1992-1996) schreef: ‘Het aaneenrijgen van alle stukjes informatie, hoe groot of klein ook, en uit allerlei bronnen; het onderzoeken van aanwijzingen, klassieke ontmaskeringstechnieken; al deze middelen moeten ook tegen mogelijke terroristen worden ingezet. Vanaf de zijlijn bekeken lijkt het erop dat dergelijke onderzoeksmethoden misschien niet grondig genoeg zijn toegepast.’

Mocht Manningham-Buller zich gestoken hebben gevoeld door deze zijdelingse kritiek, dan liet ze dat niet blijken. In plaats daarvan antwoordde ze koel: ‘Successen laten zich niet van de daken schreeuwen en mislukkingen laten zich niet toelichten.’

Met slechts één zin had Manningham-Buller haar werk omschreven: ‘De taak van de binnenlandse veiligheidsdienst behelst de bescherming van het koninkrijk, en verder niets.’ Een taak waaraan ze zich 33 jaar lang had gewijd.

Hoogtepunt in haar carrière was onder meer de leiding over het
MI
5-onderzoek naar de bomaanslag op de Pan Am, vlucht 103 – de Jumbo die bij het Schotse stadje Lockerbie was neergestort en waarbij
270 doden te betreuren waren geweest, een van de eerste grote terreurdaden.

Tijdens de Eerste Golfoorlog in 1990, een jaar later, werd ze als
MI
5-contactpersoon overgeplaatst naar Washington om met de
CIA
en de
FBI
samen te werken. Op de dag dat ze voor het eerst de lobby van het
CIA
-hoofdkwartier betrad, waakte ze ervoor om niet over het logo te lopen dat in de vloer was ingelegd – een cirkelvorm met daaronder het opschrift
UNITED STATES OF AMERICA
, daarboven
CENTRAL INTELLIGENCE AGENCY
en in het midden een wapenschild met daarin een zestienpuntige ster met erboven en profil de kop van een witgekuifde arend. Het gebaar was haar manier om respect te betonen aan een dienst die ze openlijk bewonderde. Ze was onder de indruk geweest van de wijze waarop het zelfbedieningsrestaurant was opgedeeld, met aparte ruimtes voor de bezoekers en de
CIA
-agenten, zodat de laatsten niet zouden worden herkend. Dankzij haar eigen status kon ze in het aparte restaurant op de zesde etage dineren dat bestemd was voor de directeur en de hogere officieren.

Nadat ze voor haar trouwdag in Londen was teruggekeerd, werd ze benoemd tot hoofd antiterreur voor Ierland, een nieuwe functie die in het leven was geroepen nadat
MI
5 in de strijd tegen de
IRA
de taken van Scotland Yards Special Branch had overgenomen. De enige verwijzing naar haar succes kwam uit de mond van voormalig juridisch hoofdadviseur David Bickford: ‘Met een reeks van briljante operaties die ons voldoende bewijsmateriaal opleverden voor vervolging, rukte ze het hart uit de
IRA
.’ Kort daarna kreeg ze de leiding over alle technische en observatieoperaties en breidde ze de relaties met buitenlandse inlichtingendiensten uit. De positieve mentaliteit die ze zich in Washington had eigengemaakt, viel goed bij de Australische en Canadese geheime diensten. Op 12 september, de dag na de aanslag, vloog ze naar Washington om contact te leggen met de Amerikaanse autoriteiten; enkele uren later had ze haar baas, sir Stephen Lander, al geadviseerd om een kordon rondom de Britse parlementsgebouwen te laten leggen. Toen Lander in 2002 met pensioen ging, stond ze boven aan de lijst van mogelijke opvolgers. Maar nu zou de loopbaan die ze ‘in haar genen’ had, zoals David Bickford het verwoordde, binnen twee weken voorbij zijn. Ze was niet van plan haar memoires te schrijven, zoals Stella Rimington had gedaan, of het lezingencircuit te betreden. Wat haar betrof zou ze haar dagen op haar boerderij slijten. De enige donkere schaduwen die ze wilde zien, waren die van de regenwolken die door de wind werden opgejaagd.

Met haar bekende oog voor detail had ze haar afscheidsfeest georganiseerd: een pasteltint voor de uitnodigingskaarten, elke naam geschreven in haar heldere handschrift, en deze verstuurd naar de hoofden van alle Europese inlichtingendiensten: mannen die door haar zo vaak bij hun voornaam werden aangesproken, zoals August Hanning, voormalig hoofd van de Duitse
BND
, met wie ze na zijn pensionering in 2005 nog altijd een kerstkaart uitwisselde. Iedereen had haar uitnodiging direct aanvaard. Ook leden van de inlichtingenwereld van Washington waren erbij. Een aantal van hen had laten weten graag te komen, net als vrienden uit het ministerie van Defensie en
MI
6. In totaal zouden meer dan vijftig gasten gaan genieten van een lopend buffet, voortreffelijke champagne, wijnen en een groot assortiment aan sterke drank.

Toch vermoedde ze dat achter de warme handdrukken, gewillige glimlachen en geheven glazen onuitgesproken vragen broedden.
Waarom ging ze weg?
Was ze het gewoon zat om hele dagen klaar te staan, te adviseren over de aanpak van nieuwe doelwitten, voortdurend nieuwe inschattingen te maken, en de premier en de minister van Binnenlandse Zaken te informeren? Was de last haar uiteindelijk te zwaar geworden? Ook rees de vraag of de bureaucraten van Whitehall en de media haar misschien tot aftreden hadden gedwongen. Na de aanslagen in Londen van 2005 regende het krantenkoppen met aantijgingen als zou
MI
5 – zij dus – nooit hebben geweten dat islamitische radicalen, geboren en getogen in Engeland, in de woorden van een dagblad ‘pal onder de neus van onze spionnenvangers’ hun werk hadden kunnen doen. Een tabloid opperde dat
MI
5 beter naar
Spooks
had moeten kijken, de populaire tv-spionageserie waarin een handjevol acteurs alles weet en alles oplost.

Op deze schimpscheut gaf zij voor het eerst een openbare reactie op kritiek: ‘Het echte inlichtingenwerk heeft niets gemeen met
Spooks
, waarin een stuk of tien figuren om hun doel te kunnen bereiken alle wetten gewoon aan hun laars lappen en zo de boel altijd weer weten op te lossen. En dat allemaal in één aflevering. De suggestie wekken als zouden wij geheel boven de wet staan, kan ons behoorlijk schaden.’

In de echte inlichtingenwereld, háár wereld, vergaarde je stukje bij beetje informatie om daarna, vaak tergend langzaam, integer beoordelend en afwegend, met een kritisch oog de puzzelstukjes in elkaar te schuiven. ‘Zelfs naderhand was het verhaal nooit echt compleet,’ had ze gezegd.

Er diende zich altijd weer een beslissingsmoment aan waarop er gekozen moest worden tussen het vergaren van voldoende bewijsmateriaal om een succesvolle rechtsgang te kunnen garanderen, en het afblazen van een geheime operatie wanneer de openbare veiligheid in gevaar kwam. Manningham-Buller wist dat de risico’s groter zouden worden. Hoe langer de laatste aanslag geleden was, des te eerder lag de volgende in het verschiet.

Buitenlandse spionnen kregen bij hun eerste stationering in Londen onder andere de opdracht de hoofdkwartieren van
MI
5 en
MI
6 te identificeren. Omdat de twee gebouwen zo dicht bij elkaar in de buurt stonden, werden ze door sommigen nog weleens door elkaar gehaald. Anderen vroegen zich af of dit slechts façades waren en of de diensten in werkelijkheid elders gehuisvest waren. Een Birmese officier berichtte zijn hoofdkwartier in Rangoon dat
MI
5 opereerde vanuit de Freemasons’ Hall in Covent Garden, de marktwijk van Londen. De
BBC
had de gevel van het gebouw gebruikt voor de
Spooks
-serie. De vergissing van de agent was begrijpelijk: de Freemasons’ Hall en het
MI
5-hoofdkwartier vertonen namelijk een opvallende gelijkenis.

Carlos Rodriguez, een inlichtingenofficier bij de Colombiaanse inlichtingendienst
DAS
, herinnerde zich: ‘Al kijkend naar de gebouwen besefte ik weer dat de mensen achter deze muren, met wie ik vanuit Bogotá had samengewerkt waar het ging om gemeenschappelijke problemen als drugstransporten en terrorisme, belangrijke pionnen waren op het schaakbord van het internationale inlichtingenwerk.’

Thames House, sinds 1994 het hoofdkwartier van
MI
5, staat op de hoek van Horseferry Road en Millbank, en kijkt uit op de Lambeth Bridge. Het gebouw werd ontworpen door sir Frank Baines en toont de invloed van de neoclassicistische stijl van Edwin Lutyens, ontwerper van de Cenotaaf, het gedenkteken op Whitehall. In 1929 was waar voorheen nog een sloppenwijk van Londen stond inmiddels Thames House verrezen, een massief gebouw van portlandsteen dat werd geprezen als ‘het mooiste kantoorgebouw van het Britse rijk’. Voor Stella Rimington was Thames House een ‘groot, bleek spook’. Anderen die er werkten, vertelden dat de uitlaatgassen van het verkeer en de stank van de rivier tot ver binnen de muren van het complex wisten door te dringen.

BOOK: Geheime oorlogen
5.72Mb size Format: txt, pdf, ePub
ads

Other books

The Thread by Ellyn Sanna
One Scream Away by Kate Brady
Be My Friday Night by Claire, Devin
Friendship Cake by Lynne Hinton
Jaxson's Song by Angie West
Scourge of the Dragons by Cody J. Sherer
New and Selected Poems by Seamus Heaney
Kissing in Kansas by Kirsten Osbourne
Eighteen Acres: A Novel by Wallace, Nicolle