Read De Kaart En Het Gebied Online

Authors: Michel Houellebecq

De Kaart En Het Gebied (5 page)

BOOK: De Kaart En Het Gebied
2.25Mb size Format: txt, pdf, ePub
ads

Toen ze weer naar het huis gingen, waar de besloten receptie plaatsvond, besefte Jed dat hij voor het eerst een ernstige,
ouderwetse
begrafenis bijwoonde, een begrafenis die de werkelijkheid van de dood niet probeerde te verdoezelen. In Parijs had hij verschillende crematies bijgewoond; de laatste was die van een vriend van de kunstacademie die tijdens zijn vakantie op Lombok was omgekomen bij een vliegtuigongeluk; het had hem gechoqueerd dat sommige aanwezigen tijdens de plechtigheid hun mobiel niet hadden uitgezet.

.

Meteen na afloop vertrok zijn vader, hij had de volgende ochtend een zakenafspraak in Parijs. Jed liep de tuin in. De zon ging onder, de achterlichten van de Mercedes verdwenen in de richting van de hoofdweg, en hij moest aan Geneviève denken. Ze hadden tijdens zijn studie aan de kunstacademie een paar jaar een relatie gehad; om precies te zijn was zij het zelfs geweest bij wie hij zijn maagdelijkheid had verloren. Geneviève kwam van Madagaskar, en ze had hem verteld over de vreemde opgravingsrituelen die in haar land gebruikelijk waren. Een week na het overlijden werd het lijk weer uit de grond gehaald, de windsels werden losgemaakt en in aanwezigheid van de overledene werd in de eetkamer van de familie een maaltijd genuttigd; daarna werd het lijk weer begraven. Na een maand gebeurde hetzelfde opnieuw, na drie maanden nogmaals, hij herinnerde het zich niet zo goed meer maar hij meende dat er niet minder dan zeven opgravingen nodig waren, de laatste een jaar na het overlijden, voordat de overledene definitief als dood werd beschouwd en de eeuwige rust kon betreden. Dat hulpmiddel ter aanvaarding van de dood, en van de fysieke realiteit van het kadaver, stond volkomen haaks op de moderne westerse sensibiliteit, bedacht Jed, en heel even had hij er spijt van dat hij Geneviève uit zijn leven had laten verdwijnen. Ze was lief en rustig; hij had in die tijd vreselijke migraineaanvallen, en zonder zich te vervelen kon zij urenlang bij zijn bed zitten, eten voor hem klaarmaken, water en medicijnen brengen. Ook haar temperament was tamelijk
warm
, en op seksueel vlak had ze hem alles geleerd. Jed hield van haar tekeningen, die een beetje op grajff geïnspireerd waren, maar zich daarvan onderscheidden door het kinderlijke, vrolijke karakter van de personages, door wat meer rondheid in de schriftuur ook, en door het kleurenpalet dat ze gebruikte-veel cadmiumrood, indisch geel, rauwe of gebrande sienna.

Om haar studie te financieren had Geneviève
haar lichaam veil
, zoals dat vroeger heette; Jed vond die ouderwetse uitdrukking beter bij haar passen dan de Angelsaksische term
escort.
Ze vroeg tweehonderdvijftig euro per uur, en honderd euro extra voor anaal. Hij had geen enkel bezwaar tegen die activiteit en bood haar zelfs aan erotische foto's te maken om de presentatie van haar website te verbeteren. Zo jaloers, of zelfs gruwelijk jaloers, als mannen kunnen zijn op de
exen
van hun geliefden, en zo angstig als ze zich jarenlang, of zelfs tot hun dood, blijven afvragen of het niet
fijner
was met de ander, of ze bij de ander niet
fijner klaarkwamen,
zo gemakkelijk accepteren ze, zonder enige moeite, alles wat hun vrouw in het verleden heeft gedaan in het kader van een activiteit als prostituee. Zodra ze met een financiële transactie gepaard gaat, wordt elke seksuele activiteit geëxcuseerd, onschadelijk gemaakt en in zekere zin geheiligd door de oeroude vloek die op arbeid rust. Per maand verdiende Geneviève tussen de vijf- en tienduizend euro, zonder er meer dan een paar uur per week aan kwijt te zijn. Ze liet hem ook meeprofiteren en zei dat hij 'niet moeilijk moest doen', ze waren verschillende keren samen op wintervakantie naar Mauritius of de Malediven geweest, volledig op haar kosten. Ze was zo spontaan en zo vrolijk dat hij zich geen moment bezwaard voelde, hij had geen moment het gevoel, hoe weinig ook, dat hij zich in de huid van een
pooier
bevond.

Wel was hij oprecht verdrietig toen ze hem aankondigde dat ze ging samenwonen met een van haar vaste klanten - een vijfendertigjarige zakenadvocaat wiens leven, zoals Jed uit haar verhalen kon opmaken, als twee druppels water leek op het leven van zakenadvocaten zoals het wordt beschreven in - doorgaans Amerikaanse - zakenadvocatenthrillers. Hij wist dat ze woord zou houden, dat ze haar man trouw zou blijven, dus op het moment dat hij voor het laatst over de drempel van haar studio liep wist hij dat hij haar ongetwijfeld nooit meer zou terugzien. Dat was vijftien jaar geleden; haar man was nu waarschijnlijk een dolgelukkige echtgenoot en zij een gelukkige huismoeder; haar kinderen waren, dat wist hij zeker ook al kende hij ze niet, beschaafd en welopgevoed, en boekten voortreffelijke schoolresultaten. Waren de inkomsten van haar echtgenoot, de zakenadvocaat, nu hoger dan die van Jed als kunstenaar? Die vraag was moeilijk te beantwoorden, maar misschien wel de enige die verdiende te worden gesteld. 'Jij, jij hebt echt een kunstenaarsroeping, je wilt het echt...' had ze hem bij hun laatste ontmoeting gezegd. 'Je bent klein, schattig en tenger, maar je hebt de wil om iets te doen, je hebt een enorme ambitie, dat heb ik direct in je ogen gezien. Maar ik, ik doe het alleen...' (ze maakte een vaag, breed gebaar naar haar houtskooltekeningen aan de muur) '...ik doe het alleen omdat ik het leuk vind.'

Jed had een paar tekeningen van Geneviève bewaard en vond nog altijd dat ze echte waarde hadden. Misschien zou kunst wel zo moeten zijn, dacht hij soms, een onschuldige, vrolijke, haast dierlijke bezigheid, er waren opvattingen geweest die die kant op gingen, 'zo stom als een echte schilder', 'schilderen zoals de vogel zingt' enzovoort, misschien zou de kunst zo worden als de mens het vraagstuk van de dood eenmaal achter zich had gelaten, en misschien was ze af en toe al zo geweest, bij Fra Angelico bijvoorbeeld, die zo dicht bij het paradijs stond en zo vervuld was van de gedachte dat zijn aardse verblijf enkel een tijdelijke, obscure voorbereiding op het eeuwige verblijf bij zijn heer Jezus Christus was.
En nu ben ik met u, alle dagen, tot aan de voleinding van de wereld.

.

De dag na de begrafenis kreeg hij de notaris op bezoek. Hij had het er met zijn vader niet over gehad, hij besefte dat ze het onderwerp - toch de voornaamste reden van zijn verblijf - niet eens hadden aangeroerd, maar het leek hem meteen vanzelfsprekend dat het huis niet mocht worden verkocht, en hij vond het niet eens nodig zijn vader op te bellen om het te bespreken. Hij voelde zich goed in dat huis, hij had zich er direct goed gevoeld, het was een plaats waar je kon leven. Hij hield van de knullige combinatie van het gerenoveerde deel, waarvan de muren bedekt waren met een witte isolatielaag, en het oude deel, waarvan de muren waren gemaakt van onregelmatig gevoegde stenen. Hij hield van de niet goed sluitende klapdeur, die uitkwam op de weg naar Guéret, en van het enorme fornuis in de keuken, dat je kon stoken op hout, op steenkool en ongetwijfeld op elke mogelijke brandstof. In dat huis was hij geneigd te geloven aan dingen als liefde, de wederzijdse liefde van het echtpaar, die de muren bestraalt met een zekere warmte, een zachte warmte die wordt overgebracht op de toekomstige bewoners en hun gemoed tot rust brengt. Op die manier zou hij evengoed aan spoken hebben kunnen geloven, of aan wat dan ook.

Overigens was de notaris allerminst van zins hem tot een verkoopproject te verlokken; maar nog geen drie jaar geleden zou hij anders hebben gereageerd, gaf hij toe. De vroeggepensioneerde Engelse traders, die zich eerst al meester hadden gemaakt van de Dordogne, verspreidden zich destijds golfsgewijs in de richting van de Bordelais en het Centraal Massief, snel oprukkend vanuit de bezette stellingen, en hadden de centrale Limousin al veroverd; hun verschijning in de Creuse viel op korte termijn te verwachten, met navenante stijging van de prijzen. Maar door de koersval van de Londense beurs, de kredietcrisis en het uiteenspatten van de speculatieve zeepbel zag het plaatje er nu heel anders uit: in plaats van plannen te maken voor de inrichting van pittoreske buitenhuizen hadden de vroeggepensioneerde Engelse traders nu grote moeite om de hypotheek van hun huis in Kensington af te lossen, ze dachten juist steeds vaker aan
verkopen
, kortom de prijzen waren volledig ingezakt. Het wachten was dus, volgens de diagnose van de notaris althans, op een nieuwe generatie rijken met een duurzamere, op industriële productie stoelende rijkdom; het zouden Chinezen kunnen zijn, of Vietnamezen wist hij veel, in elk geval leek het hem beter om voorlopig te wachten, het huis te onderhouden en eventueel wat op te knappen, altijd met respect voor de plaatselijke ambachtelijke traditie. Maar het was niet nodig om prestigieuze faciliteiten zoals een zwembad, een jacuzzi en een snelle internetverbinding te laten aanleggen; daar zorgden de nieuwe rijken na aankoop van het huis altijd liever zelf voor, daar was hij heel stellig in, hij sprak uit ervaring, hij had veertig jaar notariaat achter de rug.

.

Toen zijn vader hem het volgende weekend kwam ophalen, was alles geregeld, de spullen uitgezocht en geordend, de kleine legaten conform het testament aan de buren uitgedeeld. Ze hadden het gevoel dat hun moeder en grootmoeder kon
rusten in vrede,
zoals dat heet. Jed maakte het zich gemakkelijk in de nappalederen stoel terwijl de s-klasse snorrend van mechanische tevredenheid de toerit naar de snelweg op draaide. Twee uur lang reden ze op gematigde snelheid door een landschap met herfstachtige tinten, ze zeiden weinig, maar Jed had de indruk dat er een soort verstandhouding tussen hen was gegroeid, een overeenstemming over de algemene benadering van het leven. Toen ze in de buurt van het verkeersplein Melun-Centre kwamen, begreep hij dat die week voor hem een adempauze was geweest.

3

Men heeft het werk van Jed Martin vaak omschreven als het resultaat van een kille, afstandelijke bespiegeling over de toestand van de wereld, men heeft van hem een soort erfgenaam van de grote conceptuele kunstenaars uit de vorige eeuw gemaakt. Toch stonden zijn zenuwen bij zijn terugkeer in Parijs onder zo'n grote spanning dat hij meteen alle Michelin-kaarten kocht die hij kon vinden - iets meer dan honderd-vijftig. Algauw besefte hij dat de interessantste kaarten deel uitmaakten van de reeksen Michelin Régions, die een groot stuk van Europa besloeg, en vooral Michelin Départements, die beperkt bleef tot Frankrijk. De rug toekerend aan de analoge fotografie, zijn exclusieve medium tot dan toe, schafte hij een Betterlight
6000-hs
achterwand aan, waarmee 48 bits
rg b
-opnamen konden worden gemaakt in een formaat van 6000 x 8000 pixels.

Zes maanden lang kwam hij nauwelijks buiten, behalve voor een dagelijkse wandeling naar de grote Casino-supermarkt aan de Boulevard Vïncent-Auriol. Zijn contacten met de andere studenten van de kunstacademie, die al in zijn studietijd niet bijzonder levendig waren, liepen gestaag terug tot nul, en hij was dan ook oprecht verbaasd toen hij begin maart per mail het aanbod kreeg om deel te nemen aan een groepstentoonstelling,
Laten we beleefd blijven,
die in mei zou worden georganiseerd door het Ricard-kunstfonds. Toch zei hij per kerende mail ja, zonder echt te beseffen dat juist zijn haast opzichtige afzondering een sfeer van geheimzinnigheid om hem heen had gecreëerd, en dat veel van zijn voormalige studiegenoten heel graag wilden weten
waar hij stond.

.

Op de ochtend van de vernissage besefte hij dat hij al bijna een maand lang geen woord had gezegd, afgezien van het 'nee' dat hij elk dag herhaalde tegen de caissière (toegegeven, niet vaak dezelfde) die hem vroeg of hij een Club Casino-kaart had; maar op het vermelde tijdstip begaf hij zich toch naar de Rue Boissy-d'Anglas. Er waren misschien honderd mensen, nou ja hij had dat soort dingen nooit goed kunnen inschatten, in elk geval liep het aantal genodigden in de tientallen, en toen hij niemand herkende werd hij aanvankelijk toch even ongerust. Hij was bang dat hij zich in de dag of de tentoonstelling had vergist, maar zijn foto was er echt, opgehangen aan een achterwand, correct belicht. Na een glas whisky te hebben genomen, maakte hij verschillende malen een ellipsvormige ronde door de zaal, waarbij hij min of meer deed alsof hij in gedachten verzonken was, terwijl zijn hersenen in werkelijkheid geen enkele gedachte meer konden formuleren, behalve dan toch de verbazing dat het beeld van zijn vroegere vrienden zo volledig uit zijn geheugen was verdwenen, weggewist, radicaal weggewist, zozeer dat hij zich afvroeg of hij wel tot de menselijke soort behoorde. Maar Geneviève zou hij wel hebben herkend, ja, hij wist zeker dat hij zijn vroegere geliefde zou hebben herkend, dat was een zekerheid waaraan hij zich kon vastklampen.

.

Aan het einde van zijn derde rondgang merkte Jed een jonge vrouw op die met veel aandacht naar zijn foto stond te kijken. Hij had haar moeilijk niet kunnen opmerken: ze was niet alleen verreweg de mooiste vrouw van de avond, maar ongetwijfeld ook de mooiste vrouw die hij ooit had gezien. Met haar spierwitte, bijna doorschijnende huid, haar platinablonde haar en haar uitstekende jukbeenderen beantwoordde ze volmaakt aan het Slavische schoonheidsideaal dat de modellenbureaus en de tijdschriften in zwang hebben gebracht na de val van de USSR.

Toen hij opnieuw langskwam was ze weg; halverwege zijn zesde rondje zag hij haar weer, glimlachend te midden van een klein groepje, met een glas champagne in de hand. De mannen verslonden haar met hun blik en probeerden hun lust niet eens te verhullen; een van hen had zijn kaak half uit het lid hangen.

Toen hij daarna opnieuw langs zijn foto kwam, was ze er weer, dit keer alleen. Hij aarzelde even maar verliet toen zijn ellips, ging op zijn beurt voor het werk staan en nam het met een hoofdknik in ogenschouw.

Ze draaide zich naar hem toe, keek hem een paar seconden peinzend aan en vroeg toen: 'Bent u de kunstenaar?' 'Ja.'

Ze keek hem opnieuw aan, aandachtiger nu, minstens vijf seconden lang, en zei toen: 'Ik vind het heel mooi.'

Ze had het op normale, rustige toon, maar met oprechte overtuiging gezegd. Jed kon geen passend antwoord vinden en richtte zijn blik op het werk. Hij moest toegeven dat hij inderdaad heel tevreden over zichzelf was. Voor de tentoonstelling had hij een deel van de Michelinkaart van de Creuse uitgekozen, met het dorp van zijn grootmoeder erop. Hij had een flink schuine invalshoek gebruikt, zo'n dertig graden ten opzichte van het platte vlak, en de balg tegelijk zo ver mogelijk gekanteld om een maximale scherptediepte te verkrijgen. Vervolgens had hij met Photoshop-filters de afstandsonscherpte en het blauwige waas aan de horizon toegevoegd. Op de voorgrond waren het meertje van Le Breuil en het dorp Chatelus-le-Marcheix te zien. Verderop leken de wegen die tussen de dorpen Saint-Goussaud, Laurière en Jabreilles-les-Bordes door het bos kronkelden een feeëriek, onschendbaar droomgebied te vormen. Helemaal achteraan en links op het beeld viel nog duidelijk het rood-witte lint van de snelweg
a20
te onderscheiden, die leek op te doemen uit een mistbank.

BOOK: De Kaart En Het Gebied
2.25Mb size Format: txt, pdf, ePub
ads

Other books

Shipwreck by Tom Stoppard
Memory Theater by Simon Critchley
Kingdoms of the Night (The Far Kingdoms) by Allan Cole, Chris Bunch
A Corpse in the Koryo by James Church
Exeunt Demon King by Jonathan L. Howard
Theft by Peter Carey
Sex by Francine Pascal
Mrs. Yaga by Michal Wojcik